Het verhaal van Boccaccio speelt zich af in Florence, in het jaar 1331.

BoccaccioDe student Leonetto wordt in een romantisch samenzijn met Beatrice gestoord wanneer haar man, de barbier Scalza, onverwacht thuiskomt. Dank zij de dichter Boccaccio, die als afleidingsmanoeuvre een vechtpartij ontketent, kan Leonetto zich uit de voeten maken. Boccaccio’s grote liefde is Fiametta, de pleegdochter van Lambertuccio en Petronella, die regelmatig van een onbekende een grote som geld ontvangen voor haar opvoeding. Een van de enthousiaste lezers van Boccaccio’s novellen, prins Pietro van Palermo, krijgt eindelijk de gelegenheid met de dichter kennis te maken. Boccaccio stelt de prins een paar avontuurtjes, zoals die in zijn boeken staan beschreven, in het vooruitzicht. Het lukt Boccaccio, als bedelaar vermomd, met Fiametta te praten en haar zijn liefde te verklaren.

Intussen besluiten Scalza, de kuiper Lotteringhi, de kruidenverkoper Lambertuccio en andere burgers iets te ondernemen tegen Boccaccio, wiens aanstootgevende verhalen de vrouwen het hoofd op hol brengen. Helaas houden ze prins Pietro, die juist op het punt staat een avontuurtje met Lotteringhi’s vrouw Isabella te beginnen, voor Boccaccio, zodat deze een flink pak slaag oploopt. Wanneer de prins herkend wordt, koelen de mannen hun woede op Boccaccio’s boeken; zij worden aan de vlammen prijsgegeven. Prins Pietro maakt Isabella’s man wijs dat hij een vat van hem wil kopen en krijgt zodoende gelegenheid het nauwelijks begonnen avontuurtje voort te zetten. Boccaccio, ditmaal als boerenjongen verkleed, weet Lambertuccio om de tuin te leiden zodat ook hij met zijn geliefde, Fiametta, kan minnekozen. Scalza is met een paar medeburgers opnieuw op zoek naar Boccaccio en weer krijgen ze de verkeerde te pakken: de afgezant van de hertog van Florence, die opdracht heeft Fiametta naar het hof te brengen.

Fiametta blijkt de natuurlijke dochter van de hertog te zijn. Hij was het die voor haar opvoeding heeft betaald. Nu wil hij haar uithuwen aan prins Pietro. Deze echter benoemt Boccaccio niet alleen tot hofdichter maar schenkt hem tenslotte ook Fiametta als vrouw.