‘Boccaccio’ van Frans von Suppé door Rijstad Operette o.l.v. Bas van den Heuvel.
Gezien 31/3 Reehorst EDE. Herhalingen: 6,4 Lampegiet VEENENDAAL 20/4 Schouwburg ARNHEM en 27/04 Schouwburg CUIJK.

Degelijke ‘Boccaccio’

Degelijk en innemend, deze ‘Boccaccio’ van de Rijnstad Operette. Het amateur-gezelschap uit Arnhem brengt al vijftien jaar produkties in de regio voor het voetlicht. Het koor vormt daarbij de basis waarmee de solisten uit de voeten kunnen.
Dankzij het (semi-)professionele werk van de hoofdsolisten bereikt de operette een hoog niveau. De vaste amateur-solisten van Rijnstad vallen daarbij niet uit de toon. Gerrit Gerressen als Lambertuccio en Geert Peters als Lotteringhi vertolken hun rol met hart en ziel. Vooral Gerressen weet het rubato uit te buiten als een elastiekje dat gespannen is tussen hem, de dirigent en de pianist.

Een pianist was het die (note redactie: tijdens de TRY-OUT) de begeleiding voor zijn rekening nam en niet het aangekondigde Ensemble Esprit. Het gaf het stuk de ongedwongen sfeer van een repetitie. Tegelijk zorgde het voor een hoge transparantie van de zangstemmen, die in een orkest nog wel eens willen verzuipen.
Suppé en zijn libretto schrijvers plaatsten hun operette in Florence aan het begin van de Renaissance. ‘Boccaccio’ is een fantasieverhaal, gebaseerd op de historische figuur van de Florentijnse schrijver van de Decamerone. Het is een raamvertelling vol burleske middeleeuwse taferelen waarin paterkes, weduwen en maagdekens een loopje nemen met de officiële zeden. Alle moraal valt ten prooi aan een 0fl-schuldige vitaliteit.

Op Boccaccio hebben de brave middeleeuwse burgers van Florence en vooral het mannelijk deel, het niet begrepen. Met zijn verhalen brengt hij hun vrouwen het hoofd op hol. Ze geven hem het liefst een pak slaag. Maar Boccaccio heeft hoge bescherm heren en een massa vrouwen aan zijn zijde. Ondertussen vindt Boccaccio, geloof het of niet, Fiametta, de vrouw van zijn leven. De guitige rol van deze vrouw is Tenar van Kooten Niekerk op het lijf geschreven.
Heel wisselend zijn de geacteerde scènes. Sommige, zoals die van de wasvrouwen, zijn leuk. Ook die van de eerzame Fiametta die steeds chagrijniger wordt wanneer de andere wasvrouwen bezoek van hun minnaars krijgen. Het bijna drie uur durende verhaal bevat de nodige zijstraatjes die het de ene keer kruiden en de andere keer onnodig langdradig maken.
De Rijnstad Operette maakt totaaltheater, maar de nadruk lijkt op de muziek te liggen. Dat is niet verkeerd, want vooral hiervoor gaf de zaal regelmatig applaus.